In de dagelijkse praktijk word ik met een zekere regelmaat benaderd door campingexploitanten die last hebben van de overheid. De toch al onder druk staande resultaten worden nog eens extra negatief beïnvloed doordat de overheid mensen met campers tegen uiterst marginale tarieven laat verblijven op afgescheiden terreinen. Steevast is dan de vraag: Mag dat zomaar? Is hier iets aan te doen?
Via de Wet Markt en Overheid heeft onze wetgever getracht een en ander te reguleren. In deze wet wordt bepaald dat de lokale overheid voor ondernemersactiviteiten in beginsel minimaal de integrale kostprijs moeten berekenen.
Dit is slechts anders indien de lokale overheid de activiteiten in het maatschappelijk belang verricht. Recentelijk werd over deze problematiek weer eens geprocedeerd. In het vaststellingsbesluit werd nog betoogd dat men de lokale winkelstand/horeca op deze wijze stimuleerde. De commissie rechtsbescherming had in de betreffende procedure reeds aangegeven dat het vaststellingsbesluit een deugdelijke motivering ontbeerde en dat er niet in voldoende mate onderzoek gedaan was. In allerijl besloot de gemeente nog een onderzoek ter onderbouwing te laten uitvoeren. De rechtbank maakte hier echter korte metten mee. Bij de totstandkoming van het besluit had het overheidsorgaan de relevante feiten dienen te verzamelen en zelfs het nadien nog uitgevoerde onderzoek was nog te algemeen en onderbouwde de stellingen niet in voldoende mate. Een compensatie voor de campingexploitant diende te volgen.